Nederland ondersteunt herziene Europese Bestuivers Initiatief
In januari 2023 heeft de Europese Commissie het Europese Bestuivers Initiatief herzien. In het herziene initiatief zijn de acties tegen de achteruitgang van bestuivers in de EU aangescherpt. De verbeteringen sluiten goed aan bij het Nederlandse beleid voor bestuivers. Nederland is dan ook positief en ondersteunt het herziene Bestuivers Initiatief.
Met het eerste Europese Bestuivers Initiatief uit juni 2018 wilde de Europese Commissie de achteruitgang van bestuivers in de EU keren voor 2030. Hierin stonden strategische doelstellingen en maatregelen voor de EU en EU-lidstaten. De minister van LNV in 2018 steunde het EU-initiatief.
Nieuwe deal voor bestuivers
Begin 2023 maakte de Europese Commissie de herziene versie van het Europese Bestuiversinitiatief (pdf, 568 kB) bekend.
De verbeteringen komen uit:
- het voortgangsrapport van de Commissie uit 2021 (pdf, 557 kB)
- een speciaal verslag van de Europese Rekenkamer met een evaluatie van het eerste Europese Bestuivers Initiatief.
Samen met het voorstel Verordening Natuurherstel vormt dit een ‘nieuwe deal voor bestuivers’.
Aanleg Buzz lines en andere verbeteringen
In het vernieuwde initiatief staan beter behoud van bestuivers en de aanpak van bedreigingen voor bestuivers bovenaan. Waaruit bestaat deze nieuwe aanpak?
Met het nieuwe bestuiversinitiatief werkt de Europese Commissie aan:
- ecologische corridors voor bestuivers, de ‘Buzz Lines’;
- bestuivers-vriendelijke landbouw in het gemeenschappelijk landbouwbeleid;
- verbetering van leefgebieden van bestuivers in stedelijk gebied;
- geïntegreerde gewasbescherming.
En de aanpak van belangrijke bedreigingen voor bestuivers zoals:
- klimaatverandering
- invasieve exoten
- biociden, middelen om schadelijke organismen te bestrijden
- lichtvervuiling
EU-breed monitoren
In de nieuwe aanpak gaat het daarnaast ook om verbetering van kennis over de achteruitgang van bestuivers. Het belangrijkste hierin is de ontwikkeling van een EU-breed monitoringsysteem. De voorgestelde Verordening Natuurherstel verplicht de lidstaten om soorten bestuivers elk jaar te monitoren tot 2030. Deze monitoring gaat via een gestandaardiseerd monitoringsysteem. Dit systeem is in ontwikkeling en bouwt verder op het European Monitoring Scheme (EU-PoMS).
Door elk jaar te monitoren zijn veranderingen in de populaties en effectiviteit van maatregelen relatief snel waar te nemen. Dat maakt op tijd ingrijpen mogelijk. Waardoor er ook minder financiële en ecologische gevolgen zijn van de afname van bestuivers.
Gebieden in kaart brengen
Met het vernieuwde initiatief voor bestuivers wil de Europese Commissie onderzoek en evaluatie ondersteunen. Dit doet ze bijvoorbeeld door belangrijke bestuiversgebieden in kaart te brengen, wat voor 2025 klaar moet zijn. Of door gerichte acties om verspreiding van kennis te bevorderen.
Nationale bestuiverstrategie
Ten slotte wil de Commissie de samenleving in beweging krijgen voor bestuivers. En wil ze zorgen voor een meer strategische planning en samenwerking. Dit doet ze door de lidstaten te ondersteunen om nationale bestuiversstrategieën te ontwikkelen. Ook spant ze zich in voor meer bewustwording binnen maatschappelijke partijen. Zo komen ook deze meer in actie voor bestuivers.
Nederland voorloper met Nationale Bijenstrategie
Het initiatief sluit over het algemeen goed aan bij het Nederlands beleid voor bestuivers. Zo doet Nederland al aan kennisontwikkeling en -deling met bijvoorbeeld het kennisprogramma Kennisimpuls Bestuivers. En is Nederland bezig om een monitoringsstrategie te ontwikkelen. Ook hebben wij als een van de weinige Europese landen al een nationale bestuiverstrategie: de Nationale Bijenstrategie. Hiermee stimuleert en ondersteunt het kabinet maatschappelijke partijen om in actie te komen voor bestuivers.
Monitoring als aandachtspunt
Wel wijst Nederland op aandachtspunten in het herziene initiatief. Dat gaat vooral om het monitoringsysteem. Alleen al in Nederland bestaan 360 soorten wilde bijen die moeilijk van elkaar te onderscheiden zijn. Daarom vraagt het kabinet zich af of het wel haalbaar is om (alle) bestuivers elk jaar te monitoren.
Monitoren in fases
Het kabinet stelt daarom voor om eerst de soorten die makkelijker te herkennen zijn elk jaar te monitoren. Zoals vlinders en bepaalde hommels. En om daarna het aantal soorten voor monitoring gefaseerd uit te breiden. Tegelijkertijd kan Nederland mensen opleiden, zodat zij beter in staat zijn om de verschillende soorten te herkennen.
Tenslotte vraagt Nederland de Commissie op enkele acties meer duiding en richting over inhoud en uitvoering. Bekijk de volledige reactie van het kabinet in het BNC fiche.
Vervolg in Biodiversity Platform
Over deze voorstellen gaat Nederland in de Europese bestuiverswerkgroep van het Biodiversity Platform in gesprek met de Europese Commissie.